This post is also available in:
Français
English
Italiano
Deutsch
Leren van sumi-e
Transmissie
Mimicry
Sumi-e wordt geleerd door de leraar na te doen. Deze nabootsing heeft vele aspecten.
De leerkracht toont zowel een fysieke als psychologische houding. Houding bepaalt het resultaat op papier.
Hij creëert de modellen die gereproduceerd moeten worden in het bijzijn van elk van de leerlingen, die door ervaring al hun aandacht richten op het observeren van het gebaar en de manier waarop het penseel wordt vastgehouden, in plaats van op het resultaat. Elk type lijn vereist een complex gebaar en, indien nodig, een andere manier om het penseel vast te houden.
De leerkracht introduceert geleidelijk de elementen waaruit de belangrijkste modellen bestaan (zoals de vier edelen: bamboe, orchidee, pruimenbloesem en chrysant), waarbij hij de complexiteit van de modellen varieert en verhoogt op basis van wat de leerlingen al geleerd hebben. Ze leren onbewust de onuitgesproken regels die aan compositie ten grondslag liggen.
De relatie tussen leraar en leerling
De leerkracht moedigt de leerling aan om hetzelfde patroon steeds opnieuw te herhalen. Na een tijdje laat de leerling zijn emoties en zijn verlangen om het goed te doen los, en het door de leerling behaalde resultaat komt overeen met het model.
Emoties ontstaan tijdens het oefenen. Het doorlopen ervan, met de hulp van de leraar, kan de leerling helpen om na verloop van tijd spontaan een innerlijke transformatie te ervaren. Daarom is de sumi-e methode een vorm van kunstzinnige therapie.